Steun ons!

Tevreden met twee culturen

Kennisbank

Net als immigranten hebben interlandelijk geadopteerden een achtergrond van twee culturen: die van het land van herkomst en die van het land waarin ze wonen. En hun uiterlijk is dat van het land van herkomst. Hebben ze dan ook vergelijkbaar last van discriminatie?

Laura Ferrari vergeleek in Italië 168 immigranten met 160 interlandelijk geadopteerden tussen de vijftien en vierentwintig jaar oud en keek hierbij vooral naar hoe discriminatie hun identiteit en hun welzijn beïnvloedde.

Uit eerder onderzoek bleek dat mensen met een dubbele culturele achtergrond het best in hun vel zitten wanneer ze gehecht zijn aan hun beide culturen en niet hoeven te kiezen voor de ene of de andere. Hun identiteit van land van herkomst en hun nationale identiteit zijn met elkaar in harmonie. We noemen dit Biculturele Integratie van Identiteit (BII). Mensen met een hoge BII zitten beter in hun vel, ontwikkelen zich beter en hebben minder psychische problemen, zoals depressie. Hun welzijn ligt hoger.

Aan de andere kant is discriminatie op basis van etnische achtergrond juist een van de belangrijkste voorspellers van dit soort psychische problemen, zit het ontwikkeling in de weg en vermindert het welzijn. En zowel immigranten als interlandelijk geadopteerden worden blootgesteld aan discriminatie.

Uit het onderzoek van Ferrari bleek dat de geadopteerden minder gediscrimineerd werden en dat ze een significant hoger niveau van BII hadden dan de immigrantenjongeren. Het meest opvallende was dat discriminatie bij immigrantenjongeren het BII ondermijnde, maar niet bij geadopteerden.

Familie

Deze opmerkelijke verschillen tussen geadopteerden en immigranten kunnen het beste verklaard worden vanuit de context van hun familie. Ouders van immigrantenjongeren zijn vaak geworteld in hun oorsprongscultuur en daar ligt een groot deel van hun sociale netwerk. Dus de jongeren krijgen de herkomstcultuur overvloedig mee vanuit huis. En discriminatie is juist gericht is op het land van herkomst.

De (adoptie)ouders van geadopteerde jongeren hebben hun oorsprong en netwerk in de nationale cultuur, die bovendien de heersende cultuur is. De cultuur van de herkomst van hun kind kennen zij niet vanuit zichzelf en als zij deze aan hun kinderen willen meegeven (culturele socialisatie) moeten ze zelf actief op zoek. Zij zijn zelf ook minder bekend met discriminatie.

Bovendien komen adoptieouders meestal uit een hogere sociale klasse dan immigranten, waardoor de geadopteerden meer mogelijkheden hebben (in taalontwikkeling, opleiding, netwerken) en minder snel in de underdog positie terecht zullen komen.

Ondersteuning van autonomie

Hoe de ouders zich opstellen ten opzichte van hun pubers en jongvolwassen kinderen is heel belangrijk voor de psychologische ontwikkeling van hun kinderen, en daarmee voor hun welzijn. Vooral ouderlijke autonomie-ondersteuning (OAO) - wanneer ouders hun pubers en jongvolwassen kinderen aanmoedigen hun persoonlijke belang, waarden en functioneren zelf te bepalen, blijkt goed te werken. Een dergelijke houding draagt bij aan zelfwaardering en welzijn, en verlaagt risico op depressies.

Zowel geadopteerde als immigrantenjongeren bleken meer kans te hebben op een harmonieuze culturele identiteit wanneer hun ouders autonomie-ondersteunend waren. Wel bleek dat het verschillend wegen van het belang van beide culturen door ouders en jongeren in immigrantengezinnen de harmonie binnen het gezin kon verstoren. En de meisjes kregen vaak minder autonomie dan jongens.

Plussen en minnen

Voor geadopteerden kan het bovendien makkelijker zijn om zich bij discriminatie te distantiëren van hun etnische groep en zich meer identificeren met de dominante cultuur – en daarmee met hun adoptiefamilie. Terwijl zo’n houding bij immigrantenjongeren juist kan leiden tot een zich verwijderen van de veilige familie.

Uit het onderzoek blijkt dus dat geadopteerden minder geraakt worden door discriminatie in hun dubbele achtergrond en door hun positie in hun adoptiegezin meer mogelijkheden hebben binnen de nationale, dominante cultuur. Waar het artikel verder niet op ingaat is dat immigrantenjongeren en geadopteerden wel vergelijkbare niveaus van depressie hebben. Mogelijk zou de meer complexe problematiek van afstand, verwaarlozing, traumatisering en adoptie daar een rol in kunnen spelen. Bovendien kan het ook lastig zijn dat de adoptieouders niet van huis uit bekend zijn met de cultuur van herkomst en discriminatie. Dat werd in drie andere artikelen onderzocht.

Acculturatie

Zo zag Presseau dat discriminatie bij interlandelijk geadopteerden samenhing met psychische nood en lager welzijn. Wanneer de adoptieouders hun kind probeerden op te voeden met raciale socialisatie (kennis laten maken met wat samenhangt met het ras), verminderde de psychische nood van de geadopteerden wel, maar hun welzijn niet.

In de adoptie literatuur wordt veel aandacht besteed aan het belang van sociale acculturatie: het in contact brengen van de geadopteerden met hun oorspronkelijke cultuur. Dit werkt beschermend tegen discriminatie. Hrapczynski vond dat niet zozeer het kennis laten maken met hun oorsprongscultuur de geadopteerden beschermde tegen stress door discriminatie, maar dat vooral het voorbereiden op discriminatie hielp. Wanneer de adoptieouders met hun adoptiekinderen besproken hadden hoe hun raciale minderheidspositie hun leven zou kunnen beïnvloeden en hoe ze hiermee om zouden kunnen gaan, hadden de geadopteerden minder last van discriminatie. Hoe beter dit gebeurde, hoe beschermender het werkte.

Verder bleken volwassen geadopteerden over het algemeen van mening te zijn dat hun adoptieouders hen niet voldoende hadden laten kennismaken met hun oorspronkelijke cultuur en ras. Zij vonden dat activiteiten waarin ze een relatie konden opbouwen met mensen die van huis uit deze culturele achtergrond zelf hadden, voor hen het beste werkte (Zhang).


Zoals immigranten…



Gera ter Meulen

Ferrari, L., et al. (2019). "Social and Family Factors Related to Intercountry Adoptees and Immigrants’ Bicultural Identity Integration." Journal of cross-cultural psychology 50(6): 789-805.

Presseau, C., et al. (2019). "Discrimination and mental health in adult transracial adoptees: Can parents foster preparedness?" Am J Orthopsychiatry 89(2): 192-200.

Hrapczynski, K. M. and L. A. Leslie (2019). "Do Preparation for Bias and Cultural Socialization Protect Against Discrimination for Transracially Adopted Adolescents?" Adoption Quarterly 22(2): 116-134.

Zhang, X. and E. E. Pinderhughes (2019). "Depth in Cultural Socialization in Families with Children Adopted from China." Fam Process 58(1): 114-128.